Op die fiets...
De jeugd in Amstelveen moet beter leren fietsen. Tenminste, dat vindt de politiek. We presteren namelijk onder de maat in de Monitor Meerjarenambitie Verkeersveiligheid (ja: die bestaat), en als er één ding is waar Amstelveen een hekel aan heeft, dan is het onder de maat presterende kinderen.
Om tegen te gaan dat onze jeugd zich al bellend en zwenkend een weg door de stad botst, moeten we dus beginnen met verkeerseducatie op de plek waar die verantwoordelijkheid hoort te liggen: bij de ouders op school.
Nu ben ik de beroerdste niet, dus om direct mijn eigen participatiesteentje bij te dragen besloot ik dat het tijd was om de vierjarige zoon zelf naar school te laten fietsen. Of eigenlijk besloot De Meneer dat, ikzelf sla sinds de komst van de zonen gevlekt uit bij alles waar ze in potentie aan kunnen overlijden. Fietsen, de eendjes in de sloot voeren, het doorslikken van cherrytomaatjes; u kent het wel.
Het liefst had ik de zoon dan ook voorzien van integraalhelm en in bubbeltjesplastic gewikkeld op een fiets met airbags de kilometer naar school laten fietsen. Maar omdat dat niet bijster cool staat, omwikkeld in bubbeltjesfolie je kleuterklas binnenkomen en bovendien nogal onhandig fietst, werd het een schamel helmpje.
'De auto die rechts
afsloeg raakte eerst
mijn voorwiel'
Amstelveen mag dan vol inzetten op verkeersinzicht onder kinderen, de fietsveiligheid in onze straat, een 50-kilometerweg zonder kekke ribbelfietspaden heeft beduidend minder prioriteit, wat het geheel tot een enerverende bezigheid maakte. Onder luide aanmoediging van zijn zwetende Human Shield die het kantoorverkeer met wilde armgebaren tot afremmen poogde te bewegen (ik) bereikten we dapper trappend de school. Hij fietste maar één keer recht tegen een lantaarnpaal, maar dat kwam doordat ik te laat was met de instructies tot rechts afslaan.
Vol trots fietste ik door naar mijn werk, driftig de foto’s van onze wereldprestatie aan alle opa’s en oma’s doorappend – maar ja, ik heb dan ook vroeger geen verkeersles op school gehad want toen bestond er nog geen mobiele telefoon.
De auto die rechts afsloeg raakte eerst mijn voorwiel en daarna mijzelf. ‘Sorry madam! I just arrived here! I’m not used to bikes!’ stamelde de geschrokken bestuurster. Met een scheef stuur zwaaide ik maar vriendelijk naar haar kinderen die veilig op de achterbank zaten. Zij wel.
Geertje Visser